Ten eerste wordt bij echtscheiding de huwelijkse goederen (gemeenschap van goederen) verdeeld, terwijl de niet-huwelijkse goederen (persoonlijke goederen) niet worden verdeeld en elke echtgenoot behoudt zijn/haar persoonlijke goederen.
Ten tweede kunnen man en vrouw onderhandelen over de verdeling van de huwelijksgoederen. Als deze onderhandelingen mislukken, kunnen ze de rechtbank vragen om de eigendommen te verdelen.
Ten derde zal de rechtbank het beginsel van gelijke verdeling van huwelijksgoederen volgen. Er zullen echter meer eigendommen worden verdeeld onder: (1) de partij die het gezagsrecht over kind(eren) heeft verkregen; (2) de vrouw; (3) de partij die niet schuldig is aan echtscheiding; en (4) de partij die tijdens het huwelijk meer voor gezinsleden zorgt.
Ten vierde, na echtscheiding zal geen van beide partijen de andere partij alimentatie geven, maar de partij die geen gezagsrecht heeft, draagt een deel van de kosten voor het opvoeden van het kind (de kinderen).
Referenties:
Burgerlijk Wetboek van China: deel V Huwelijk en gezin (2020): artikel 1085, 1087
Medewerkers: CJO-team medewerkers