De wet ter voorkoming en bestrijding van waterverontreiniging werd in 1984 afgekondigd en respectievelijk in 1996, 2008 en 2017 gewijzigd. De laatste herziening is op 1 januari 2018 in werking getreden.
Er zijn in totaal 103 artikelen.
De belangrijkste punten zijn:
1 Deze wet is van toepassing op het voorkomen en beheersen van vervuiling van rivieren, meren, kanalen, irrigatiekanalen, reservoirs en ander oppervlaktewater en grondwater op het grondgebied van China. De preventie en beheersing van verontreiniging van de zee worden geregeld door de wet op de bescherming van het mariene milieu.
2 De staat past het objectieve verantwoordelijkheidssysteem en het evaluatiesysteem voor de bescherming van het watermilieu toe, en neemt de verwezenlijking van de beschermingsdoelstellingen van het watermilieu als een inhoud voor het evalueren en beoordelen van de regeringen van de lokale bevolking en hun verantwoordelijke personen.
3 De lozing van waterverontreinigende stoffen dient te geschieden binnen de staats- of lokale normen voor de lozing van waterverontreinigende stoffen en indicatoren voor de totale lozingscontrole van grote waterverontreinigende stoffen.
4 Het is alle ondernemingen en openbare instellingen en andere producenten en handelaren verboden het afvalwater en het rioolwater als voorgeschreven in het vorige lid te lozen op wateren zonder lozingsvergunning voor verontreinigende stoffen of in strijd met de bepalingen van de lozingsvergunning voor verontreinigende stoffen.
5. de partij wiens rechten en belangen worden geschaad door een ongeval met waterverontreiniging heeft het recht de partij die verontreinigende stoffen loost te vragen de schade op te heffen en hun verliezen te vergoeden.
6 Bij schade als gevolg van een ongeval met waterverontreiniging draagt de partij die verontreinigende stoffen loost de bewijslast voor wettelijk voorgeschreven vrijstellingen en het niet-bestaan van een verband van oorzaak en gevolg tussen haar handeling en de schadelijke gevolgen daarvan.